Hoge Raad, uitspraak verbouwing
Gepubliceerd: 24-04-2019

Op 19 april 2019 werd door de Hoge Raad arrest gewezen in een zaak die van belang is voor zelfbouwers die met een hypothecaire lening hun woning (laten) verbouwen.

verbouwing bewijzen met schriftelijke bescheiden

Wanneer je je hypothecaire lening verhoogt om je verbouwing te kunnen financieren, moet je alle rekeningen en bonnen die betrekking hebben op je verbouwing (schriftelijke bescheiden) goed bewaren. In artikel 3.123 Wet IB 2001 staat dat kosten voor verbetering of onderhoud van de woning in aanmerking worden genomen voor zover de verbetering en het onderhoud met schriftelijke bescheiden zijn te staven. De bewijslast ter zake rust op de belastingplichtige. Maar hoe lang moet je dat doen?

Bewaartermijn van zes jaar berust op een misverstand

Vaak wordt gedacht dat je de schriftelijke bescheiden niet langer dan zes jaar hoeft te bewaren en dat de belastinginspecteur deze binnen deze termijn moet opvragen. Als dat in die zes jaar niet is gebeurd, zou je de administratie niet meer hoeven te bewaren met als formeel argument: "dat aan belanghebbenden in het kader van een redelijke bewijslastverdeling niet meer kan worden tegengeworpen dat zij niet aan hun bewijslast voldoen."

Advies aan particulieren die hun huis verbouwen

Uit het arrest van de Hoge Raad blijkt dat de Inspecteur niet verplicht is de schriftelijke bescheiden binnen zes jaar op te vragen. Als dat binnen deze termijn niet is gebeurd, blijft het van belang alle facturen en bonnen van je verbouwing (tot in de eeuwigheid) te bewaren.